Slovenië is het enige land met liefde in de naam - sLOVEnië, heb je ‘m? In de Logarvallei, in het bergachtige noorden van het land, ontdekken de deelnemers van het Explore Camp tijdens het mountainbiken en kajakken waarom dat zo is. Liefde op het eerste gezicht? Reken maar van da!
Achter elke bocht schuilt een vergezicht nog mooier dan het vorige. De panoramische weg van Solčava heeft zijn naam beslist niet gestolen. Fluogroene hellingen met dennenbomen contrasteren tegen besneeuwde torenspitsen van de Kamnische Alpen. De steile daken van houten chalets wijzen op zware sneeuwval in de winter, de stapels brandhout en zeisen die ertegen leunen op een trots rurale mentaliteit - wat de locals hier behoeven, maken ze zelf.
Dat we zo uitgebreid kunnen genieten van de omgeving, danken we aan de e-mountainbike waarop we zitten. Geen gehijg en gesputter op steenslag, met de tong tussen de ketting op een grindpaadje, wel honderduit genieten. Dat klinkt misschien niet stoer, maar het vergroot onze actieradius gevoelig.
Op een bult aan het einde van een weg pronkt een kerkje. Met zo’n uitzicht is het niet moeilijk om een mystieke ervaring te beleven, opletten tijdens de zondagse preek is dat des te meer. Fietsgids Bojan parkeert zijn mountainbike. Hij grijnst en duwt ons allen een glas in de handen. “Huisgemaakte Jägermeister”, zegt hij. “Na zdravje.” Schol! Daarna vliegen we de berg af. Nee, Slovenië is niet voor avonturiers met zwakke magen.
Bojan duwt ons grijnzend een glas huisgemaakte Jägermeister in de knuisten. We vliegen de berg af.
Met die wijsheid maken we een dag eerder kennis wanneer we richting Logarvallei bollen. De smalle Alpenbaantjes kronkelen in alle richtingen, onze magen evenzeer. Gelukkig compenseren de vista’s voor het leed. Tegenliggers zien we niet, reeën des te meer. Vanuit de berm staart het ene na het andere diertje ons schijnbaar onbevreesd aan. Gedurende anderhalf uur spotten we meer reeën dan mensen.
Al kan het nóg wilder. Plots waarschuwt een verkeersbord voor beren. In de uitgestrekte wouden van Slovenië - 60 procent van het land is bebost - verschuilt zich een van de grootste populaties aan bruine beren ter wereld, zo’n 500 à 1000 in totaal. Elk jaar draaien jagers er een quotum van in hun salami. Een Sloveen die vloekt, zegt “tristo kosmatih medvedov.” Vertaling: driehonderd harige beren! Gelukkig zijn bruine beren mensenschuw - de kans is groter dat we Johan Boskamp aantreffen in een saladbar dan een beer op ons pad.
Finaal verandert het weggetje van ‘nipt breed genoeg voor een Fiatje’ naar een vlot bollende tweebaansweg. Wat verderop eindelijk een teken van leven: Plesnik, een groen hotel in alpiene stijl dat hier al honderd jaar staat. We zijn aangekomen in de Logarvallei. We gaan slapen met de roep van een uil en ontwaken met een concert van vogels. Pas dan merken we hoe mooi de vallei is: een machtig trogdal, een geografische oogwenk geleden uitgeslepen door het grof geweld van terugtrekkende gletsjers, met gras zo groen dat we even overwegen om het antigifcentrum te bellen. Een steil amfitheater van bergpieken met aan het einde ervan een waterval, Rinka, de hoogste van Slovenië.
De Logarvallei vormt een amfitheater van bergpieken met aan het einde ervan de hoogste waterval van Slovenië.
Samengevat in één woord: wauw! Zelfs de grootste cynicus raakt hiervan onder de indruk. Slovenië prijst zichzelf aan met de slogan I feel sLOVEnia en het is niet moeilijk om halsoverkop stapelverliefd te worden. Dit is het best bewaarde geheim van Europa, een land waar je op een paar uur tijd een hele resem aan landschappen kan doorkruisen, van de Adriatische kust tot het hooggebergte. Want dat Slovenië een Alpenrepubliek is, bewijst de vlag van het land. Daarop prijkt Triglav, de hoogste berg van de Julische Alpen.
Weetje: in Europa heeft verder enkel San Marino een vlag met een berg erop.
Practice what we preach, dat vinden we bij A.S.Adventure essentieel. Als we onze klanten aanmoedigen om naar buiten te trekken, op verkenning in de natuur, dan is dat omdat we dat zélf zo graag doen. Vandaar het Explore Camp: we trokken met een bende avonturiers - ambASsadeurs, medewerkers, een fotograaf en een journalist - enkele dagen op pad naar het prachtige Slovenië. Om de regio te leren kennen én om producten uit te testen. Op het programma: hiken, e-mountainbiken, trailrunning en kajakken.
Bij het schattige kerkje heeft Bojan niet enkel drank, maar ook spijs geregeld. Helmen gaan af, fietsjassen uit. De Vipavavallei, die we eerder bezochten, had iets Italiaans. In de dorpjes waanden we ons in een film van Fellini. We aten er door de burja gedroogde prosciutto - pršut in het Sloveens - en dronken wijn van druiven uit de vallei. Hier is de sfeer anders, haast Tirools. Op tafel verschijnen bier, gerookte kaas, salami van ree en varkensvet. “En in het oosten, bij de grens met Hongarije, eten ze goulash”, zegt Bojan. Zo heeft elke uithoek van Slovenië zijn eigenheid - beïnvloed door de buren, jawel, maar ook verschillend van vallei tot vallei. Wie vroeger in de bergen woonde, was grotendeels afgesloten van de rest van de wereld. En ontwikkelde zo een eigen dialect en keuken.
Wat er ook van zij, het maal is prima krachtvoer voor een onderneming als de onze. Lichtjes aangeschoten sjezen we over modderige paden de berg af. “Joe-hoe”, joelt Bojan. Dus zo is jodelen uitgevonden. Even verderop gaan we weer het asfalt op, we scheren verder naar beneden aan snelheden tot 50 kilometer per uur, met wind in de haren door elke haarspeldbocht. Nu weten we waarom Pogacar, Mohoric en andere Roglicen zo behendig aan een stuur kunnen trekken. We arriveren in het dal met een mooie slijkprint op onze fietsoutfits. Getekend door het avontuur.
Na hiken en fietsen vervolledigt een kajaktocht onze triatlon aan buitensporten. Op de rivier de Savinja zijn we na de eerste stroomversnelling al een kwart van de deelnemers kwijt. Het regent, het water is net tien graden en de luchttemperatuur ligt nog een graad of vijf lager. Toch klaagt niemand over een nat pak, vol ontzag alweer voor de omgeving. Niets tegen onze Ardennen, maar dit is toch wat anders. Om te beginnen kajakken we niet tussen stacaravans, maar te midden van het groen, terwijl mist de bergen mysterieus omsluiert. Machtig!
Na de eerste stroomversnelling zijn we al een kwart van de deelnemers kwijt. Toch klaagt niemand over het ijskoude water.
In Slovenië krijgt de natuur alle ruimte. Dat is goed nieuws voor wie graag het avontuur zoekt in een groene omgeving.
• Raften en kajakken kan onder meer op de rivieren Soča, Sava, Savinja en Kolpa.
• De bergen en panorama’s van Slovenië, bijvoorbeeld die van de Vipavavallei, lenen zich prima tot paragliden.
• De kano wordt vooral van stal gehaald voor gezapige tochtjes door Ljubljana over de rivier de Ljubljanica, verkenningen van het moerasland ten zuiden van de hoofdstad of op de meren van Bohinj, Velenje en Zbilje.
• Speleologen ontdekken nog elk jaar nieuwe grotten in Slovenië, vooral in de Karst. Van de 12.000 gekende grotten zijn er 20 open voor bezoekers.
• Ziplinen kan in Bovec en Planica, waar je boven de grootste skischans ter wereld zweeft.
• Klimmers kunnen meer dan 100 natuurlijke rotsmuren bedwingen, vooral in de Alpen en de Karst.
Plezierritjes bij de kust, technisch uitdagende single trails en razendsnelle afdalingen op grind: op het gevarieerde parcours die Slovenië voor de wielen schuift, haalt elke mountainbiker zijn hart op. Waar wandelpaden aangegeven zijn met een rood-witte bol, volgen modder- en stofvreters de blauw-gele markeringen. Wij werkten de panoramische weg van Solčava af onder leiding van Bojan, die in de zomer zijn skischool White Rabbit inruilt voor een (e-)mountainbike, maar avonturiers op twee wielen hebben mogelijkheden zat:
• Pohorje: meer dan 1000 kilometer mountainbikepaden, dixit de toeristische dienst “van simpele tot gevorderde, van vlakke tot bergachtige, van downhill tot uphill, van sportieve tot paden die geschikt zijn voor de hele familie.”
• Kamnische Alpen: deze regio van alpiene riviertjes en kloeke pieken nodigt uit om de handen van het stuur te halen en bewonderend te fluiten. Doe het niet!
• Bovec: de omgeving rond de Sloveense adrenalinehoofdstad telt 400 kilometer aan fietspaden, zowel voor recreatieve fietsers als avontuurlijke mountainbikers.
• Trans-Slovenia (430/366 km): in zes of zeven dagen over single trails, bospaden en oude militaire routes, helemaal van de Alpen naar de Adriatische kust.
Van wilde bergriviertjes over rustige, spiegelgladde meren tot de zee: met de kajak verken je alle uithoeken van Slovenië. Vooral de rivieren Soča, Sava, Savinja, Krka en Kolpa zijn populair. Wij scheepten in met Franc van Adventure Valley voor een drijfnatte tocht op de Savinja. Ooit werd die rivier gebruikt om hout te vervoeren, nu is het een mekka voor waterratten. Adventure Valley biedt verder raften, canyoning, rotsklimmen en paragliden aan.
Beste reistijd
Vooral voor watersporten zijn juni, juli en augustus het meest geschikt. Dat zijn ook de drukste maanden in Slovenië, dus reserveer je verblijf op voorhand. Al blijft het land minder platgelopen dan vele andere in de Alpenregio.
Handige uitdrukkingen
• Dober dan = goeiedag
• Hvala = dank je
• Prosim = alsjeblieft
• Na zdravje = schol
Slovenië is niet enkel bloedmooi vanop een fiets of een kajak. Ook wie graag de wandelschoenen aantrekt, geniet geheid van deze groene parel.
Of je nu de smalste bospaadjes opzoekt, dan wel vanop je e-mountainbike wilt genieten van grandioze landschappen, de fietsoutfits van Vaude zitten als gegoten.