🕒 Leestijd: ongeveer 11 minuten
Agnes Wené kampte met een burn-out toen een winterkoninkje haar pad kruiste. Sindsdien is birdwatching haar tegengif voor de razende vaart van het leven. Met het boek Fluitend door het leven brengt ze anderen de liefde voor het vogelen bij. “Ik ben nooit slechtgezind als een merel me ’s ochtends wekt.”
We wandelen door de Bospolder in Ekeren. Het gezoem van de haven van Antwerpen overstemt het geplets van onze schoenen in de modder. Plotsklaps houdt Agnes Wené halt. Ze drukt haar vinger tegen de lippen – een aanmaning tot stilte – en wijst naar een boompje even verderop. Mijn ogen veranderen in spleetjes en ik grijp onhandig naar de verrekijker rond mijn nek. Een bonte specht schrikt op en vliegt weg. Agnes ademt diep in en blaast gelukzalig uit. Haar ogen sprankelen. “Schoon, hè?”
Agnes vertoeft zo vaak mogelijk in Vlaamse velden, bossen en parken. Dan trekt ze naar de Bospolder – haar local patch, zoals vogelaars het natuurgebied om de hoek noemen. Om er vuurgoudhanen, roodhalsfuten en meerkoeten te bewonderen. En even tot stilstand te komen. Of naar het Peerdsbos, op de grens van Schoten en Brasschaat, waar de natuur ‘als een dekentje’ om haar heen valt telkens ze er binnenstapt.
Want natuur werkt helend. “Dat is wetenschappelijk bewezen”, zegt ze. “Een boswandeling brengt je in contact met bacteriën die je gezonder maken. Sommige mensen worden zelfs ziek door een gebrek aan natuur, het Nature Deficit Disorder heet dat. Dagelijks 20 minuten volstaat, maar dat vraagt discipline. Heb ik ergens een afspraak, dan zoek ik op of er een vogelhut in de buurt is. Kwestie van een rustmoment in te bouwen.”
LEEFTIJD
45
WOONPLAATS
Merksem
BEROEP
Vroeger projectmanager bij Flanders Fashion Institute.
Nu creatieve generalist, halftijds voor LingeriePro, halftijds freelance.
Auteur van Fluitend door het leven.
Agnes is nochtans geen geboren bomenknuffelaar. Tot een paar jaar geleden sjokte ze enkel over bospaadjes wanneer ze met haar kinderen naar de speeltuin trok. “Ik wandelde helemaal niet graag”, geeft ze toe. “Nu ben ik er dol op.” Even terugspoelen naar 2016. Agnes’ leven raast door als een op hol geslagen sneltrein zonder bestemming. Als projectmanager in de modesector loopt ze van hot naar her. Altijd in de weer. Maar dan ontspoort de trein en is de ravage niet te overzien. Een knoert van een burn-out, zo luidt de diagnose.
“Ik legde de lat steevast torenhoog en probeerde alle bordjes tegelijk in de lucht te houden”, blikt ze terug. “Het zat er al jaren aan te komen.” Haar lichaam begint te protesteren. Eerst kan ze zich niet meer concentreren, dan krijgt ze hartkloppingen en vergeet ze de simpelste dingen. Zit ze in een vergadering, dan vraagt ze zich achteraf af: was ik daarbij? “De eenvoudigste opdracht voelde aan als een berg waar ik over moest”, zucht ze.
Fysiek is Agnes uitgeput, afschuwelijk moe. En toch vat ze ’s avonds de slaap niet. De cortisol, een stresshormoon dat we nodig hebben in noodsituaties, giert door haar lichaam. “Normaal maakt je lichaam cortisol aan wanneer er een bom ontploft of wanneer er een tijger achter je aanzit, maar ik had constant hoge niveaus.”
Agnes verwijst naar Paul Verhaeghe, een klinisch psycholoog die meent dat de balans tussen oplading en ontlading uitermate belangrijk is voor de mens. Een goede balans zorgt ervoor dat we op het werk in de flow geraken – en ons daar idealiter lekker bij voelen – en dat we daarna kunnen ontspannen. “Tijdens mijn burn-out zat die balans helemaal scheef”, aldus Agnes. “Ik beleefde geen plezier aan de inspanning en evenmin aan de ontspanning.”
De weerslag volgt stante pede. Niets kan ze nog. Zelfs de was ophangen lukt haar niet. “Muziek beluisteren, lezen, de afwas doen … Het was allemaal te veel. Zelfs praten kostte te veel moeite. Ik zakte weg in een diepe put waarvan ik dacht dat ik er nooit meer zou uitraken.”
Gelukkig is de nacht altijd het donkerst net voor de zonsopgang. Zo ook die ochtend in oktober 2016, een maand na haar burn-out. In plaats van het ijdele gevecht met insomnie aan te gaan, te draaien en te woelen in haar bed in de hoop in te dommelen, heeft Agnes een kopje thee gezet. Lusteloos zit ze daar, onder een fleecedeken in haar tuin in Merksem, wanneer een klein, bruin vogeltje komt aanfladderen. “Ik hoorde die vogel, zo luid en zo mooi, en ik wist niet eens wat het was.”
Dat winterkoninkje beseft wellicht nog altijd niet dat het een ontspoord mensenleven terug op de rails zette. Want Agnes beseft meteen dat ze meer wil weten over vogels. “Het enige waar ik nog goesting in had”, zegt ze. “Ik ben meteen een cursus gaan volgen bij Natuurpunt. Daarna merkte ik dat veel mensen in mijn omgeving ook graag vogelden.”
Wat begint met wandelingen van een kwartier, groeit snel uit tot méér dan een hobby. De vogels lappen haar op, maken haar opnieuw klaar voor de strijd met het dagelijks leven. Een strijd die ze sinds de burn-out aan een lager tempo voert. Bewuster ook. En ze luistert beter naar haar lichaam. “Van kindsbeen af passen we ons aan verwachtingen aan. Die van anderen en van onszelf. Je moet je huishouden spic en span houden én een bloeiend sociaal leven hebben. Maar moet dat echt? Ik wil niet langer keuzes maken die mij, anderen of de aarde uitputten.”
Ze haalt een metafoor aan die Dirk De Wachter onlangs maakte. In Humo vergeleek de psychiater de tijdsgeest met een speedboot. “Vooraan staan knappe, viriele kerels aan het roer, die de boot over het water laten sjezen. Zij zijn omringd door frisse madammen die champagne drinken”, vertelt Agnes. “Maar achteraan valt een hoop volk van de boot, omdat het te snel gaat en er geen reling is. En iedereen focust op de voorkant van de boot, niet op de mensen die er afdonderen.” In een wereld van neoliberalisme, digitalisering en klimaatcrisis zijn er alsmaar meer achterblijvers. Gevolg: een globale burn-out.
Misschien is de natuur wel de reling die we nodig hebben. Omringd door het groen komt Agnes helemaal tot stilstand. Want wie vogels wil spotten, kan per definitie niet blind doorrazen. “Tijdens die burn-out ondervond ik wat vertragen met je doet, zowel fysiek als mentaal. En hoeveel moeite dat kost. Als je op de autostrade rijdt tegen 120 km per uur en je moet na de afrit vertragen naar 50 of 30, dan denk je: mijn god, wat voor slak ben ik? Je voelt die weerstand en je auto begint te pruttelen.”
Ze is het cliché intussen al beu gehoord. Dat vogelspotten een hobby is voor grijsaards in wollen truien en afritsbroeken, die driftig pruimtabak kauwen. Dat beeld is achterhaald sinds steeds meer hip volk uit de kast komt als vogelaar. Zoals Begijn Le Bleu of de dames van De Duifkes, een vogelgroep exclusief voor vrouwen. En ook dankzij Agnes die, als modebewuste vrouw, weleens in haar roze trui tussen de kakikleuren gaat zitten bij een bijeenkomst van Natuurpunt.
Voor de hippe vogels (m/v) met ontluikende interesse in onze gevederde vrienden schreef Agnes een boek, Fluitend door het leven. Geen veldgids zoals die van ANWB, de vogelbijbel die standaard in haar auto ligt. Wel een instapboek voor beginners die nog moeite hebben om boomklevers en -kruipers uit elkaar te halen. Met de nodige aandacht voor zelfzorg. “Pas op, ik zeg niet dat iedereen de natuur in moet. Iemand anders komt tot rust achter de kookpotten of met de handen in de grond in de tuin. Maar ik geloof wel dat een nauwere band met de natuur preventief kan werken tegen een burn-out.”
>> Focus op één vogel tegelijk.
“Vogelgeluiden herkennen is niet simpel. Je hebt daarvoor een getraind oor nodig. In plaats van alles wat je hoort meteen op te zoeken, is het beter om je een tijdje te concentreren op één vogel. Ezelsbruggetjes kunnen helpen. Zo noemt Koen Leysen van Natuurpunt het koolmeesje het pompierke. Zijn zang klinkt als de sirene van een brandweerwagen. Ti-ta-ti-ta.”
>> Sta stil, neem je tijd.
“Sta je niet regelmatig stil, dan wandel je elke vogel voorbij. Door te vogelspotten, vertraag je automatisch.”
>> Leer van experts (en wees lief voor jezelf).
“Ga in groep op pad als je wil bijleren van de experts, die vaak al heel hun leven met vogels bezig zijn. Zelf beschouw ik me niet als vogelexpert en dat is oké. Voordien lag de lat hoog als ik me ergens in vastbeet, maar bij birdwatching sta ik mezelf toe om niet perfectionistisch te zijn. Een doorbraak.”
Vanuit de vogelhut van de Bospolder kijken we intussen muisstil uit op een vredige waterplas. Een koolmeesje doet het riet ritselen. Agnes tuurt door haar verrekijker en maakt ons attent op een half dozijn wilde eenden. “Het is winter in de natuur”, fluistert ze. “De kleuren zijn minder intens en schijnbaar gebeurt er weinig. Schijn bedriegt. Ondergronds bewegen er dingen die binnenkort zullen ontspruiten. Een troostende gedachte, ook voor het leven. Soms heeft iets wat voorbereiding nodig.”
Dat is het toffe aan vogelspotten, bedenkt ze, dat je meedeint op het ritme van de jaargetijden. “Het klinkt melig, maar in het leven onderga je ook seizoenen. We denken vaak dat we van a naar b moeten, maar het leven is bijlange niet zo lineair. Het gaat op en neer. Na de winter komt de lente.” Dat is lang niet de enige inspiratie die Agnes opdoet in het groen. Ze trekt er graag alleen op uit, mediterend, contemplerend over kleine en grote levenskwesties. Of broedend op een creatief idee.
Twee jaar geleden zet Agnes zich tijdens een wandeling neer op een bank wanneer er plots een wind opsteekt. De fragiele boompjes en grassen bieden geen weerstand. Ze buigen mee met de wind. “Ik dacht: dat is het! Ik moet gewoon even meebuigen, achterover leunen en toegeven. Zo’n mooi inzicht uit de natuur krijg je enkel als je even stilhoudt.”
Sla Vlaanderen gade vanuit je auto en je denkt geheid dat ons miezerige landje vakkundig is volgebetonneerd. Van natuur ontdaan door generatie na generatie Vlamingen en hun verdomde baksteenmagen. Wie geregeld stapschoenen aangespt, weet beter. “Vooral dankzij Natuurpunt ontdekte ik met hoeveel natuurpracht Vlaanderen gezegend is”, zegt Agnes. “Je moet niet ver gaan om het gevoel te krijgen dat je een namiddag op reis geweest bent.” Dit zijn drie gebieden waar Agnes met plezier naar vogels speurt:
De Wijers. “Een vijvergebied in Limburg waar je op een namiddag een heleboel vogels kan scoren. Visarend, woudaap, ijskoning, valken … noem maar op. Er passeert ook weleens een reetje.”
De Liereman. Dit reservaat in Oud-Turnhout is een afwisseling van heiden, bossen, graslanden, stuifduinen en vennen. Een officieel stiltegebied waar onder meer wulp en nachtzwaluw thuis zijn.
Blokkersdijk. Natuurgebied op de Antwerpse Linkeroever waar vanuit de vogelkijkhutten altijd wat te spotten valt. “Laatst liep er een vos voor mijn camera. Dat dier zie je wel vaker, maar het blijft een speciale waarneming.”
Agnes geniet met volle teugen van haar ontdekkingsreis in de gevleugelde wereld. Met verwondering aanschouwt ze een auerhoen in de Alpen of een oeraluil die langs haar hoofd scheert in Transsylvanië. Of, dichter bij huis, hoe een sperwer een bosduif verorbert in haar tuin.
Maar ze is evengoed aanhanger van de aloude Vlaamse wijsheid, dat wie het kleine niet eert, het grote wellicht niet weerd is. En dus zet ze zich met plezier op het strand om de morfologie en het verenkleed van een troep meeuwen te bewonderen. “Indrukwekkende beesten. Of neem eksters. Vervelende vogels, volgens velen. Omdat ze zoveel kabaal maken. Maar kijk dan eens naar die mooie metallic glans!”
Dus is Agnes dankbaar als er eksters in haar tuin neerstrijken. De kracht van dankbaarheid, vindt ze, wordt uitvergroot door de natuur. “Vanzelfsprekende dingen waarderen we pas als ze er niet meer zijn. Zoals de merel, een alledaagse vogel die het na de uitbraak van een virus opeens moeilijk heeft. In het leven geldt dat ook. Goede relaties, iemand die een kom soep brengt wanneer je ziek bent, water uit de kraan: we zouden beter wat dankbaarder zijn voor zulke vanzelfsprekendheden.”
Aan Agnes zal het niet gelegen hebben. “Ik ben nooit slechtgezind als ik gewekt wordt door een merel”, zegt ze. De vogels schenken haar voortdurend momenten van bescheiden vreugde, subtiele ornithogasmes die haar dag kleuren. Wanneer ze ’s ochtends op haar fiets springt en naar haar werk sprint, voorbij de boom met Turkse tortels en die met de koolmezen, langs dat huis met de klimopwand waar het wemelt van de mussen. Zo fietst ze haar hele pendelroute van vogel naar vogel. Wie de geneugten van het vogelen ontdekt, verveelt zich nooit meer.
Zin om je vogelkennis aan te scherpen maar geen groepsdier? Deze autodidactische hulpjes zetten je ook solo op weg!
1. Doe het volgens het boekje
Er valt heel wat te zeggen over het spotten van vogels, en welk medium leent zich daar beter toe dan een boek? Fluitend door het leven van Agnes Wené (verschenen bij Standaard Uitgeverij/Manteau) is een aanrader van formaat, maar ook De slimste vogelgids mag niet ontbreken in de boekenkast van de echte vogelspotter.
Staat je boekenschap al vol? Weet dan dat je ook op de website van Natuurpunt een weelde aan informatie vindt over vogels, inclusief een soortenpagina en handige tips om actief aan de slag te gaan.
2. Gebruik meer dan alleen je ogen
Als vogelspotter gebruik je niet alleen je ogen, ook je oren vertellen je een stuk meer over vogels in de omgeving. Heb je geen geoefend vogeloor? Maak dan gebruik van een app die je helpt om de geluiden te identificeren, zoals Song Sleuth 2.0 (beschikbaar voor Android en iOS). Het werkt een beetje zoals het populaire Shazam voor muziek doet: laat de app een geluid horen, en even later zie je welk vogeltje bij die klanken hoort. Easy!
3. Kijk verder dan je neus lang is
De meeste vogels landen niet bepaald voor je neus, waardoor je ze met het blote oog niet altijd waarneemt. Wie verder wil kijken dan zijn reukorgaan lang is, heeft aan een verrekijker een geweldige hulp die vele jaren kijkplezier oplevert. Geen idee welke kijker je nodig hebt? Met de hulp van onze experts in de winkel of deze online keuzehulp vind je gegarandeerd de beste verrekijker voor jouw noden.
Benieuwd naar welke gevleugelde vrienden zich het meest laten zien en horen in onze bossen? Spijker je kennis bij in dit overzicht van de zeven meest gespotte bosvogels.
Geen betere remedie tegen de dagelijkse rat race dan buiten zijn en wandelen in de natuur. Ontdek wat wandelen met je lijf doet en welke voordelen daaraan vast zitten.