Als je ergens in België op safari kan gaan, dan wel in de dichte wouden van de Ardennen. Van everzwijnen, edelherten, vossen en dassen tot bevers, wolven, wilde katten en lynxen: allemaal hebben ze het prima naar hun zin in de wildste uithoeken van ons land. Sommige dieren, zoals de ongrijpbare lynx, laten zich bijna nooit spotten. Anderen kan je met een goede voorbereiding en wat geluk wel bewonderen.
Kleine kraaloogjes, grote knaagtanden, zwemvliezen tussen de tenen en die typische platte, geschubde staart: wie al ooit een bever in levenden lijve zag, twijfelt geen moment. Je moet wel geluk hebben, want deze ‘schrijnwerkers van het dierenrijk’ zijn vooral ’s nachts actief. Al kruipen ze ook in de ochtend- en avondschemering wel eens behoedzaam uit hun burcht. Alert zijn is de boodschap!
• Rivieren, beken, meren en vijvers met bomen langs de oever zijn de geliefkoosde woonplek van de bever, zolang het water tijdens de zomer niet volledig opdroogt en tijdens de winter niet tot op de bodem bevriest. Bos staat op nummer 1, maar ook landbouwgebied en zelfs stadscentra komen in aanmerking.
• Hou je ogen open voor kale takken, omgeknaagde bomen en zelfgebouwde dammen van takken en aarde: dit zijn onmiskenbare tekenen dat er een bever in de buurt rondhangt.
• Let ook op lage hoopjes modder, bladeren en twijgen met een sterke geur: dit zijn ‘geurposten’ die de bever achterlaat in de buurt van zijn territorium, langs oevers en dammen. Dat bijzondere parfum is bevergeil of castoreum, een harsachtig goedje dat hij ook gebruikt om zijn vacht in te vetten.
• Een beverburcht ziet eruit als een grote hoop takken, twijgen en modder, dat als een eilandje in het water of langs de oever ligt. Binnenin is het een wirwar van gangen en verdiepingen die naar de nestkamer leiden.
• Zie je een snuitje boven het water uitsteken? De ogen, oortjes en neusgaten van de bever liggen op één lijn: handig om tijdens het zwemmen te kijken, ruiken en horen zonder op te vallen.
In onze streken komen steeds meer verloren gewaande wilde dieren voor. De bever is er zo eentje, maar denk ook aan de terugkeer van de wolf en de lynx. Door rewilding – beter bekend als: de natuur z’n gang laten gaan – krijgt wildlife in Europa opnieuw een kans.
Wie dacht dat uilen alleen ’s nachts op jacht, mist heel wat actie! Wist je dat je aan de kleur van hun ogen kan zien wanneer ze het liefst uitvliegen? Ook de locaties waar je de meest voorkomende soorten kan spotten, zijn heel divers. Welke is jouw favoriet?
Misschien zie je spontaan Aziatische vergezichten voor je wanneer je aan een vlucht kraanvogels denkt, maar toch kan je deze elegante dieren ook in Europa spotten. Tijdens de herfst vliegen ze massaal van hun zomerverblijf in het Hoge Noorden over onze streken richting warmere oorden om daar de winter door te komen. Wil je de trek van de kraanvogels niet missen? Wees dan heel alert, want op een paar dagen tijd is het schouwspel al voorbij!
Wist je dat …
• Je van eind oktober tot begin november de kraanvogels met duizenden tegelijk boven het oosten van België, over Luxemburg en dwars door Frankrijk kan zien passeren? Hier en daar maken ze tussenstops om even op adem te komen, en dat is nodig, want in totaal leggen ze meer dan 4.000 km af.
• De kraanvogels die je bij ons ziet, elk jaar dezelfde migratieroute afleggen? Vanuit het noorden van Duitsland (Rügen en Diepholz) naar Lac du Der (ten oosten van Parijs) en van daaruit naar het zuiden van Frankrijk (Arjuzanx) en verder naar Spanje (Extremadura).
• In de lucht kraanvogels meteen opvallen door hun blauwgrijze verenkleed, slank silhouet, lange uitgestrekte nek en steltpoten? Net als ganzen vliegen ze in een V-formatie en maken ze een luid, trompetachtig kabaal bij het overvliegen.
TIP: Wil je kraanvogels spotten op één van hun rustplaatsen? Ga dan op zoek in gebieden langs hun route die volledig door water omgeven zijn. Zo kunnen ze veilig een tukje doen zonder een aanval van een vos of ander roofdier te vrezen.
Onkruid, een pest? Vergeet het! Wie regelmatig gaat wildplukken, komt letterlijk een stapje dichter bij de natuur. En als je weet waar te zoeken, vind je in de buitenlucht alle ingrediënten voor een vijfsterrengerecht. Zo begin je eraan:
De meeste variatie aan eetbare planten vind je waar bos en heide in elkaar overgaan of aan de rand van paden, in bermen en langs hagen.
Begin met makkelijk te vinden en herkenbare soorten:
• Rode klaver: gebruik de zoete bloemblaadjes in een salade, decoreer er je drankje mee of zuig er gewoon de zoete nectar uit.
• Witte dovenetel: de witte bloemetjes kan je zo opeten en de plant zelf is ideaal voor soep of salades. In tegenstelling tot de brandnetel kan je de dovenetel rustig plukken zonder irritatie.
• Smalle weegbree: de jonge blaadjes smaken heerlijk in een stoofpotje of een omelet, maar ook rauw kan je ze eten. Last van een kriebelhoest? Trek thee van de weegbree!
• Zevenblad: makkelijk te herkennen aan zijn zeventallige blad kan je dit plantje verwerken in een soep of bereiden zoals spinazie. Je vindt hem soms zelfs gewoon in je tuin!
Proef nooit van een plant tenzij je écht zeker bent dat eetbaar is.
Met een uitgebreide wildplukgids op zak kan je steeds dubbelchecken of het onkruid dat je in je mond wil stoppen niet giftig is.
De Belg en bier, het is een verhaal apart. Tijdens deze wandel- en fietstochten kan je de mooiste natuurplekjes combineren met een biertje bij een lokale brouwerij of een authentiek café. Schol!
Een tocht door een streek met een rijke brouwersgeschiedenis, van Hanssens Artisanaal langs Oud Beersel en de Drie Fonteinen, een ambachtelijke familiebrouwerij die je op afspraak kan bezoeken.
Gemarkeerd met de typisch wit-rode streepjes is deze langeafstandstocht ideaal voor doorgewinterde wandelaars met grote dorst. Elk van de twee trajecten – van Chimay naar Rochefort (174 km) en van Rochefort naar Orval (116 km) – begin en eindig je met een heerlijke trappist.
Van de Dolle Brouwers en Brouwerij Verstraete in Diksmuide gaat het naar de nostalgische kroegen van Lo-Reninge. In de herberg van Mout- en Brouwhuis De Snoek in Alveringem kan je bekomen van je tocht met een Snoekbiertje.
Wildkamperen is verboden in België. Wil je toch eens de nacht doorbrengen middenin de natuur, dan ben je van harte welkom op één van de vele paalcampings – letterlijk een kampeerplek rond een paal – die ons landje rijk is.
Op zo’n afgebakende bivakzone mag je gratis je tentje neerpoten, al moet je je voor de goede orde wel aan enkele regels houden:
• Overnachten doe je met maximaal 3 trekkerstentjes en maximaal 10 personen in een straal van 10 meter rond de paal.
• Enkel wandelaars, fietsers en ruiters mogen gebruik maken van de bivakzone. Auto’s zijn niet toegelaten!
• Paalkamperen gebeurt volgens het ‘first come, first served’-principe. Na 48 uur ben je verplicht plaats te ruimen voor nieuwe kampeerders.
• Tijdens je verblijf respecteer je de rust, de omgeving en je medekampeerders en laat je geen afval of andere sporen na in de natuur.
• Een open vuur maken is meestal niet toegestaan in een bivakzone, een kookvuurtje gebruiken mag wel.
• In natuurgebied Het Vinne in Zoutleeuw breng je de nacht door naast het grootste natuurlijke binnenmeer van Vlaanderen – ideaal voor vogelspotters en natuurfotografen.
• De bivakzone bij het Pavillon des Traqueurs in Nassogne ligt middenin de indrukwekkende Ardense bossen in de buurt van Saint-Hubert. In het najaar zit je hier op de eerste rij om wildlife te spotten.
• Voor bikepackers kan privé-bivakzone Wereldboom in Horebeke niet beter gelegen zijn. In het hartje van de Vlaamse Ardennen is dit de perfecte uitvalsbasis om de bakermat van de Ronde van Vlaanderen te verkennen.
Bossen, kastelen, rivieren en wilde dieren: in de Ardennen schuilt achter elk hoekje een verrassende wending. Langs deze goed verstopte wandelroutes waan je je eventjes in een andere (sprookjes)wereld.
Deze kabbelende beek ontspringt in de Hoge Venen en baant zich een grillige weg door de bossen. Je wandelt over houten bruggen en langs fluogroen bemoste rotsen totdat je aankomt bij de Cascade de Nûtons. Vooral na hevige regenval zorgt die ‘trollenwaterval’ voor mooie plaatjes. En wat gezegd van de Rots van Bilisse, een steile wand van een half miljard jaar oud?
Als je ergens in België weg van de wereld kan zijn, into the wild, dan wel in deze bossen. Vanuit Saint-Hubert kan je naar verluidt tot in Frankrijk of Duitsland wandelen zonder ooit het gebladerte te verlaten. Verbaast het je dat deze paadjes ‘de wegen der eenzaamheid’ worden genoemd? Hier kruis je eerder het pad van een hert dan dat van een medemens.
Misschien ben jij (of je partner) wel geïnteresseerd in de overblijfselen van de eeuwenoude tabaksteelt in deze regio, maar ook kinderen vervelen zich hier niet. Zij halen hun hartje op aan de prachtige panorama’s en op de vlotte paadjes naast de Semois. Onderweg passeer je voldoende zitbanken voor pauzes.
De knabbelsporen aan de bomen verraden al snel dat je op beverterrein bent. Met wat geluk spot je de schattige knager in de Ourthe. In de zomer verblijven hier ook zwarte ooievaars, al heb je hier nog veel meer geluk voor nodig. Ook zonder beesten is deze wandeling over bruggen en landwegen, en door Ardense dorpen en bossen de moeite.
De middeleeuwse burcht van Bourscheid is er eentje zoals in een kindertekening: genesteld op een rots, met kantelen en fotogenieke torentjes. Maar ook de rest van deze wandeling mag er wezen. Doorheen uitgestrekte eikenbossen en ongerepte natuur en langs magnifieke vergezichten ontdek je een prachtig stukje Groothertogdom.
Wie op zoek is naar een kortere wandeling om met het hele gezin te doen, is in Banneux aan het juiste adres. De wandeling langs de chantoirs - plaatsen waar een beek in de grond verdwijnt en ondergronds verder stroomt - brengt je langs pittoreske dorpjes en een prachtig coulissenlandschap.
Wil je Vlaanderen op z’n mooist ontdekken? Maak eens een fietstochtje langs oude spoorwegen en vernieuwde jaagpaden, of trap stevig door over de mooiste bergen en heuvels van de Ardennen.
De Vaartketsers waren de scheepstrekkers die vroeger met de hand de schepen met goederen over de kanalen in de Kempense Merenlandschap trokken. Zie nu - op een meer ontspannende manier - dezelfde omgeving als deze hardwerkende mannen zoveel jaren geleden.
Via fietsknooppunten ga je op ontdekking tussen Damme en Maldegem, langs het Schipdonkkanaal (de ‘Stinker’) en het Leopoldkanaal (de ‘Blinker’). Ook de Damse Vaart mag niet ontbreken tijdens dit tochtje door de Vlaanders.
Volg in het oosten van Limburg de Maas op haar kronkeltocht over de Belgisch-Nederlandse grens. Fiets langs Europa’s meest noordelijke wijngaarden, ontdek cultuurstad Maaseik en laat je via veerbootjes naadloos naar het Nederlandse fietsknooppuntnetwerk drijven.
De Dendervallei staat garant voor picture-perfect fietstochtjes. Omdat je langs een rivier fietst, hoef je niet recht te gaan staan in de trappers. Deze fietstocht langs de jaagpaden van Schelde en Dender is dus vooral heel erg ontspannend.
• Col du Stockeu (Stavelot). Op deze beklimming gaan de steilste stukken boven de 20 procent. Er staat een standbeeld van Eddy Merckx, de Kannibaal, die je kan eren door erlangs te sjezen. Al is een bescheidener tempo zeker geen schande.
• Muur van Hoei. Venijnige helling die al sinds 1983 de Waalse Pijl beslecht en waar de mindere goden om hun moeder roepen. Een 1,4 kilometer lange kruistocht, want de route slingert langs zeven kapelletjes. Volgt de verrijzenis bij de kerk op de top?
• Col de Haussire (La Roche-en-Ardenne). Volgens kenners de moeilijkste klim van de Benelux. Vier kilometer harken, ongenadig lang naar Belgische standaarden: aan deze kuitenbijter lijkt geen einde te komen.
Kilometers vreten over golvende landschappen en schijnbaar eindeloze stroken asfalt: voor deze ritten heb je uithoudings- én doorzettingsvermogen nodig.
Geen betere manier om de Belgische Oostkantons te leren kennen dan kromgebogen over het stuur. Deze route slingert door charmante dorpen en ingeslapen platteland. Langs de kabbelende Our flirt je meermaals met de Luxemburgse grens.
Locals vergelijken de Gaume graag met de Franse Provence. Niet onterecht: deze lus gaat over glooiende hellingen en langs meanders van de Semois. Die kuip abdijbier heb je dubbel en dik verdiend.
Een langeafstandsroute die de Ardennen oversteekt van noord naar zuid? Waar moeten we tekenen? De W7 leidt fietsers van Luik tot in Bouillon, op te delen in vijf etappes, al kunnen de stoerste pedaalridders het in één keer proberen.
Ben je een mountainbiker met een aangeboren liefde voor offroad modderavonturen en natuurlijke hindernissenparcours, dan zijn deze trajecten je op het lijf geschreven.
Het mijnverleden drukte een duidelijke stempel op dit land: hier ploeg je over roestrode aarde. Nauwelijks vijf minuten ben je uit de stad of je crost al over smalle, steile paadjes. Hoogtevrees laat je best thuis.
In de bossen ben je enkel omringd door stilte. En het geluid van je eigen gehijg, want dit parcours is best pittig. Gelukkig kan je soms op adem komen en genieten van fantastische uitzichten op de Semois.
Het àllerleukste pretpark? De natuur, uiteraard! Vooral in de herfst zijn de speelbossen een waar pret-walhalla. Takken om kampen mee te bouwen, hopen bladeren om in te springen en plassen om moddertaart in te bakken: in deze speelbossen vind je het allemaal.
Bosland is het grootste natuurlijke speeldomein dat je je kan inbeelden: er zijn zomaar eventjes zeven speelbossen of speellandschappen en kinderen zijn hier onbetwist baas.
De speelzone in Vloethemveld werd aangelegd na inspraak van kinderen uit de plaatselijke basisscholen. Je mag er dus zeker van zijn dat je hier alles vindt voor een herfstnamiddag speelplezier.
De speelzones in het Drongengoed zijn ideaal voor kleine(re) kinderen. Niet alleen is er een kabouterwandeling van 2 kilometer, er is ook een speelbos dat helemaal rond het sprookjesthema is ingericht.