Een echte Robinson herken je aan zijn of haar talent om vis te vangen, kokosnoten te plukken en … vuur te maken. Soms kan het je leven redden, maar bovenal is het een skill die je gebruikt om te koken, je te verwarmen of gewoon voor de gezelligheid. Ready to fire things up? Wij tonen je hoe je in géén tijd een vuurtje stookt!
Een geschikte locatie vinden voor je vuur staat natuurlijk bovenaan je prioriteitenlijstje. Het spreekt voor zich dat je geen vuurtje aanlegt in een kurkdroog bos of heidegebied. Als je een ietwat vrije plek hebt gevonden – haal desnoods zoveel mogelijk bladeren en takken van de grond – maak je eerst een vuurcirkel met stenen. Zo kan je zelf perfect in de hand houden hoe ver het vuur zich kan uitbreiden.
LET OP: Gebruik nooit natte of poreuze stenen, want die kunnen exploderen en gevaarlijke splinters verspreiden.
Je mag niet zomaar om het even waar vuur maken. Een vuurtje stoken in de natuur is verboden in België
Geen kampvuur zonder hout. Begin dus met een zoektocht naar geschikte brandstof en leg je vondsten netjes klaar van klein naar groot: begin met tondel en zoek dan kleine takken en twijgen, dennenappels en groter brandhout of boomstronken.
Wat is tondel, vraag je? Noem het gerust een aanmaakblokje uit de natuur. Met schilfers berkenschors, fijn houtschaafsel, verpulverde dennennaalden, plukken gras of mos kan je je vuurtje makkelijk op gang brengen. Dé voorwaarde is wel dat het materiaal kurkdroog en dus uiterst brandbaar is. Tondel kan je ook makkelijk zelf maken door wattenpropjes in vaseline te dopen. Deze firestarters ontbranden al bij de eerste vonk!
Heb je een vuurplaats afgebakend met stenen? Dan is het tijd om je brandbaar materiaal op de juiste manier te stapelen, zodat je een stabiel kampvuur bekomt.
Zorg dat je vuur voldoende zuurstof krijgt, anders zal het letterlijk verstikken en vooral veel rook en weinig warmte produceren. Breng dus lucht in je bouwsel en scherm je vuur af voor de wind, bijvoorbeeld met grote stenen of boomstronken. Een fikse windvlaag kan je zorgvuldig aangewakkerde vlammen namelijk snel weer uitwaaien. Zonde als je net je laatste lucifer gebruikt hebt …
Een vuur maken terwijl alles om je heen nat is en het ook nog eens op je hoofd druppelt? Het kan, maar het vereist toch wat meer moeite.
• Bij slagregen heeft een boom steeds een droge zijkant, waar je de bast van af kan nemen.
• Is er een dode boom in de buurt? Probeer dan met een mes tot het binnenste van de boom te geraken, waar je droog en geschikt tondelmateriaal aantreft.
• Kijk onder natuurlijke overdekkingen. Een overhangende steen of rots biedt misschien beschutting aan enkele droge stukken hout.
TIP: Eens je vuurtje brandt, leg je best enkele natte stukken hout in de buurt van de vlammen. Zo kan het langzaam drogen en heb je voldoende brandstof om je vuur gaande te houden.
Voor de mens ontdekte hoe hij een vuurtje kon starten, was het wachten op een welgemikte bliksemflits om een boom in lichterlaaie te zetten. Gelukkig weten we inmiddels hoe we zelf man’s red fire kunnen maken.
Onze outdoorexpert Wietse heeft heel wat ervaring met het aanmaken van vuur. Dit zijn z’n favoriete firestarters:
Je hoeft niet in de wildernis te vertoeven om te genieten van een knisperend kampvuur.Ook tijdens een buitenfeestje in je eigen tuin of op je terras kan een vuurtje het extra gezellig maken.
Nergens een stevig boomstammetje te vinden om je neer te vleien bij het vuur? Op een comfortabele kampeerstoel kan je de hele avond genieten van je vurige bouwsel.