10 ultieme survivaltips

© Outdoorschool

In welke situatie je ook verzeild geraakt: met deze survivaltechnieken kan jij jezelf redden in de natuur. Haal de Robinson in jezelf naar boven!

1. Spot een goede kampeerplek

Hoog en droog: dat zijn dé twee sleutelwoorden voor het uitkiezen van een kampeerplek. Voeg daar nog de nabijheid van stromend water, droog hout en eventueel een rotswand ter bescherming van wind en regen aan toe en je zit safe.

2. Bouw een schuilplaats

Durf jij je trektocht zonder tent aan? Bouw dan een schuilplaats met takken, stenen en ander natuurlijk materiaal. Zoek een afgeknapte boom waartegen je takken stapelt, liefst zo dicht mogelijk tegen elkaar. Vul de kieren en spleten van je bouwwerk op met mos, gras en struiktakken. Slapen doe je niet op de koude grond, wel op een zelfgemaakte matras van gras, bladeren en mos. Neem de moeite om een matras van een paar centimeter dik te maken. Zo vermijd je dat je lichaamswarmte via de koude ondergrond wegvloeit.

© Outdoorschool  



Wat is het verschil tussen survival en bushcraft?

Survival en bushcraft worden vaak door elkaar gehaald. Er is nochtans een verschil! Bij survival, ofwel ‘overleven’ in het Nederlands, gaat het erom dat je zo lang mogelijk doorzet in een gevaarlijke situatie in de natuur. Denk aan natuurrampen of verdwalen in een jungle. Bij survival is het doel om zo snel mogelijk de ‘bush’ te verlaten, terwijl het bij bushcraft juist gaat om dichter bij de natuur te staan. Bushcraft is een samentrekking van ‘bush’ (wildernis) en ‘craft’ (ambacht). Bushcraft verwijst dus naar een reeks technieken waarmee je kan verblijven in de wildernis.

3. Maak vuur

Je kan op verschillende manieren vuur maken om te koken, warm te blijven of dieren op afstand te houden. Met de hulp van enkele aansteekmechanismen knetteren de vlammen in een wip.

•    Zorg voor brandbaar materiaal om je vuur mee te starten. Berkenbast is bijvoorbeeld een goede brandstof.


•    Met lucifers, tindersticks of een firesteel is vuur maken kinderspel. Heb je die niet bij de hand? Creëer dan een kortsluiting in een batterij door de minpool met de pluspool te verbinden met de hulp van een aluminiumpapiertje (zoals een kauwgumpapiertje). Een paar vonken volstaan om het droge kreupelhout aan het branden te krijgen.

4. Bouw open vuur

Het vuur aanmaken is één zaak, maar het correct opbouwen is het moeilijkste deel van de opdracht. Een met lippenbalsem of vaseline ingestreken watje is uiterst brandbaar en dus ideaal om je vuur mee aan te krijgen. Heb je de kleinste stokjes aan het branden? Bouw er dan een windscherm omheen met iets grotere takken. Pas wanneer de vlammen echt goed oplaaien, voeg je er grote blokken hout aan toe.

© Outdoorschool

5. Vind (of maak) zuiver water

De kans dat je in de wildernis zomaar drinkbaar water voor het opscheppen hebt, is klein. In geval van twijfel is het gevonden water koken de veiligste optie. Helaas heb je niet altijd een gasvuurtje in de buurt. Gelukkig bestaan er ook sneeuw, regenwater en dauw: drie perfect betrouwbare waterbronnen. Een bandana slorpt flink wat dauwwater op. Dat water recupereer je door de bandana gewoon uit te wringen.

Tip

Je kan water puren uit distels, cactussen en wijnranken. Als er een esdoorn in de buurt is, volstaat het om met een zakmes een gat te maken in de schors en de waterige stroop uit de boom te laten vloeien.

6. Recupereer water uit planten

Niet alleen mensen zweten, ook planten transpireren. Om daar je voordeel mee te doen, volstaat het om een tak met flink wat bladeren te omzwachtelen met een plastic zak. Een paar uurtjes geduld en je vindt heel wat (perfect drinkbaar) transpiratievocht in de zak. Schol!

7. Herken eetbare planten

Eetbare planten van dodelijke exemplaren onderscheiden is in sommige gevallen letterlijk een kwestie van leven of dood. Boeken zoals Wildplukken of Het Wildplukboek leren je eetbare wilde planten herkennen en bereiden. Met wat lisdodde, wilde spinazie en paardenbloemen kom je al een heel eind. Maar onthou dat de gouden regel luidt: in geval van twijfel, eet je het beter niet op.

8. Navigeer zonder hulpmiddelen

Als je wandel-gps het laat afweten, je geen powerbank bij de hand hebt om je navigatiegadgets op te laden en je je kompas en stafkaart thuis hebt gelaten, doe je een beroep op natuurelementen om te weten waar je heen moet.

Oriënteer je met behulp van de zon

Overdag oriënteer je je aan de hand van de stand van de zon – die komt op in het oosten en gaat onder in het westen, weet je nog. Op de middag staat ze op haar hoogste punt, in het zuiden. Als je je weg kwijt bent in een desolaat landschap, is de kans groot dat je in rondjes loopt. Om dat te vermijden, kies je bijvoorbeeld om naar het zuiden te lopen en doorheen de dag te navigeren met de zon. Is het bewolkt en zie je de zon niet door het wolkendek? Dan achterhaal je toch makkelijk haar positie. Zet een mes of balpen of takje op je hand en kijk van welke kant het licht erop valt. Aan de andere kant zie je de schaduw van het voorwerp.

© Outdoorschool

Oriënteer je met behulp van water

Kom je onderweg een beek of riviertje tegen? De kans is groot dat je in de bewoonde wereld belandt als je het water stroomafwaarts volgt. Zo weet je ook meteen zeker dat je niet in rondjes wandelt.

9. Leg knopen

Hoe meer verschillende knopen je kan leggen, hoe beter. Wil je er slechts eentje leren? Laat het dan de (dubbele) paalsteek zijn. Dat is een eenvoudige en efficiënte knoop om je schuilplaats af te sluiten, materiaal naar beneden te laten zakken langs een bergwand of zelfs om jezelf te zekeren.

Tip

Het ezelsbruggetje voor het maken van de paalsteek luidt al volgt: het konijn komt uit z’n holletje, loopt rond de boom en kruipt weer in z’n holletje.


10. Noodsignalen uitsturen

Weet je echt niet meer waar je heen moet of ben je gekwetst en kan je niet meer verder? Dan zit er niets anders op dan een noodsignaal uitsturen.  

Noodsignaal uitsturen met een zaklamp

Om met je zaklamp SOS te seinen in morsecode knipper je drie keer kort, drie keer lang en opnieuw drie keer kort. Dat doe je tot er hulp komt of tot je een teken ontvangt dat je SOS-signaal gezien werd. Wist je dat er zaklampen met een SOS-functie zijn? De zaklamp knippert dan automatisch SOS in morsecode.

Noodsignaal uitsturen via een spiegelsignaal

Spiegeltje, spiegeltje aan de wand… wie is de slimste van het land? Zelfs ’s nachts kan de lichtweerkaatsing van een spiegeltje kilometers ver opgemerkt worden. Ook de maan kan dienen als lichtbron voor je spiegelsignaal.

Noodsignaal uitsturen via een rooksignaal

Als laatste redmiddel: doe net zoals de indianen, die boodschappen via rooksignalen stuurden. Maak een groot vuur, liefst op een open vlakte, en probeer een dikke rookpluim te maken. Dat doe je door takken met veel groen op het vuur te gooien zodra het vuur goed brandt.

© Outdoorschool  




Scherp je outdoorskills aan

Het SAS Survival Handboek is wereldwijd dé gids om te overleven in de wildernis in elk klimaat, op land, op zee of in de stad. De Britse militair John Wiseman heeft alle technieken in dit boek in de praktijk getest. Een aanrader voor iedereen die van outdooractiviteiten houdt.

Laat je verder inspireren

Cookie-instellingen voor de beste online A.S.Adventure-ervaring

A.S.Adventure maakt gebruik van marketing, analytische en functionele cookies en vergelijkbare technologieën. Ook derden en sociale netwerken kunnen cookies plaatsen via onze website. Als je op “accepteren” klikt, ga je hiermee akkoord. Je kan voorkeuren ook wijzigen en wij slaan jouw keuze twee jaar op. Direct je keuze wijzigen? Dat kan via de cookie policy button onderaan alle pagina's.