Hoe onderhoud je je fiets?

Langer genieten van je fiets en minder kosten? Dat doe je door je tweewieler regelmatig een check-up te geven en af en toe ook een grondig onderhoud.

STAP 1: Kijk je fiets na elke rit na

Maak er een gewoonte van om na elke fietstocht de wielen en de banden van je fiets na te kijken.

• Zit er een slag of een losse spaak in je wiel, dan kan je in de problemen komen tijdens je volgende rit. Met een spaaksleutel trek je je spaken snel weer goed – let wel dat je in de juiste richting draait.

• Zijn je banden nog genoeg opgepompt? Met een fietspomp heb je ze in geen tijd weer van de nodige lucht voorzien.

• Test in één beweging ook je remmen en kijk na of je ketting nog goed gesmeerd is.

Staan je remmen slecht afgesteld of staat je ketting te droog? Dan is het tijd voor een grondiger onderhoud (zie puntje 3).

STAP 2: Doe elke 500 km een uitgebreide check-up

Een gouden regel: voer om de 500 kilometer eens een meer uitgebreide check-up uit:

• Smeer de rem- en versnellingskabels.

• Check het frame op beschadigingen.

• Kijk na of alles nog goed vastzit aan je fiets.

• Controleer de pedalen en de trapas op speling.

• Controleer het balhoofd tussen het stuur en de voorvork op speling.

• Controleer de naven op speling.

STAP 3: Geef je fiets 2x per jaar een grondige poetsbeurt

Stal je je stalen ros in de garage of schuur voor de winter, dan zet je hem beter goed onderhouden en opgepoetst weg. Daarom zijn het begin en het einde van het fietsseizoen (maart en september) twee logische momenten voor een groot onderhoud van je fiets. Als je regelmatig fietst of hem voor langere afstanden gebruikt, is zo’n opknapbeurt vaker nodig.

Een grondig onderhoud van je fiets houdt in: je fiets schoonmaken met een speciaal reinigingsproduct, de ketting ontvetten en voorzien van een nieuw laagje smeermiddel en je remmen afstellen.

Zet ’m op zijn kop

Zet om te beginnen je fiets ondersteboven en laat hem steunen op het stuur en het zadel. Of beter nog: hang hem op – als je die mogelijkheid hebt – zodat minstens het achterwiel de grond niet meer raakt. Zo kan je overal beter bij en hoef je het onderhoud niet op je knieën of je hurken uit te voeren.

Maak je ketting proper

Draai met je trapper de ketting naar achteren, terwijl je met een ontvetter de ketting op de achtertandwielen inspuit. Zo spuit je de ketting, de achtertandwielen en de derailleurs in één keer schoon. Laat het product even inwerken en maak je ketting vervolgens schoon met een borsteltje.

Poetsen maar

Maak een sopje met een speciaal reinigingsproduct voor fietsen en maak hiermee je fiets van onder tot boven proper. Dit gaat het beste met een borstel met lange haren, al kan je voor de spaken en de velgen beter een poetsdoek gebruiken. Vergeet ook de ketting niet, zodat alle kettingolie verwijderd is voor je hem weer gaat insmeren.

Spoel nadien alle zeep van je fiets met een spons en een emmer water of gebruik de tuinslang met een zachte straal. Opgelet: gebruik nooit een hogedrukreiniger, want een te harde waterstraal kan fietsonderdelen beschadigen! Laat je fiets vervolgens drogen en droog de ketting goed af met een schone, droge doek. Nadien kan je eventueel een waterafstotend laagje aanbrengen over je hele fiets, zo blijft hij langer schoon.

Smeer je ketting

Dit doe je op dezelfde manier als hoe je de ketting hebt ontvet: draai langzaam de pedaal achteruit terwijl je de ketting inspuit met smeermiddel. Ben je helemaal rond? Draai dan even met de pedalen vooruit en achteruit, zodat het smeermiddel zich goed verspreidt over de ketting. Haal daarna met een droge doek de overtollige olie van de ketting. Het smeermiddel moet namelijk enkel aan de binnenkant van de ketting zitten, niet aan de buitenkant, anders wordt hij snel weer vuil.

Test je remmen

Als je je remmen te ver moet inknijpen om je wielen tot stilstand te laten komen, dan is het tijd om de remkabel aan te spannen. Dat doe je door de schroef die aan de remhendel zit een paar slagen naar buiten te draaien. Test nu de remmen opnieuw en blijf de schroef aandraaien tot ze weer strak genoeg staan.