Te grote schoenen brengen je stuurbewegingen niet goed over. Te kleine schoenen doen pijn en leveren koude voeten op. Allebei niet ideaal. Het is daarom echt belangrijk dat je de juiste maat vindt.
De maat van skischoenen wordt aangeduid in Mondopoint (MP): een internationaal meetsysteem dat de lengte van je voet gebruikt. Ken je de lengte al, dan kan je bij de meeste merken meteen de juiste maat vinden. Maat 28 is geschikt voor voeten van 28 cm. Maar let op: de ene schoen is de andere niet. Altijd passen is de boodschap!
Aan de slag:
- Zet je voet op een vel papier. Zet een streepje bij je grote teen en achter je hiel.
- Meet de afstand tussen de twee streepjes en tel hier 0,6 tot 1 cm bij op, tot je op een hele of halve maat uitkomt. Dit is je MP-maat.
Heb je de juiste maat gevonden, dan raak je - als je rechtop staat - net de voorkant van je schoen met je tenen. Als je in skipositie staat, komen je tenen los!
Naast de lengte is ook de breedte van je schoenen bijna even belangrijk. Heb je smalle voeten, ga dan voor een smalle leest van om en bij de 100 mm. Heb je ‘normale’ voeten, ga dan voor een leest van 102 mm. Heb je bredere voeten, dan ben je beter af met schoenen van 104 mm breed. Je kan het je misschien bijna niet voorstellen, maar die paar millimeters meer of minder maken écht het verschil!